Titel | Body |
---|---|
plexiform neurofibroom | vertakt neurofibroom, uit bindweefsel en zenuwstrengen bestaand. |
PNET | primitieve neuro-ectodermale tumor |
pons | het deel van de hersenstam tussen het verlengde merg of medulla oblongata en het middendeel van de hersenstam of mesencephalon, voor de vierde ventrikel. Zie ENCYCLOPEDIE, Anatomie van de hersenen, de paragraaf over Tussenhersenen en hersenstam, Figuren 6a en 6c. |
porencefalie | een afwijking gekenmerkt door aanwezigheid van een holte in de hersenen, waarschijnlijk meestal als gevolg van stoornis in de bloedvoorziening, ook wel door een ontwikkelingsstoornis. In het laatste geval kan de afwijking familiair voorkomen en dan een genetische basis hebben. Zie www.kinderneurologie.eu |
postacute fase | in geval van hersentrauma de eerste vijf maanden na het trauma |
posthaemorrhagische hydrocefalus | hydrocefalus na een hemorragie in de hersenholten en/of tussen de hesenvliezen |
posthemorragisch | na een bloeding |
postnataal | als de perinatale periode is afgelopen, dat wil zeggen vanaf de 29ste dag na de geboorte |
posttraumatische amnesie | onvermogen tot vastleggen in het geheugen en onthouden van informatie of gebeurtenissen na een hersentrauma. |
posttraumatische stress stoornis | angststoornis die kan ontstaan na blootstelling aan een traumatische ervaring. De stoornis kan van korte duur zijn, langdurig aanhouden en met een interval na het trauma voor het eerst klachten geven. |
practice parameter | voor de praktijk opgestelde maat. In het Nederlands spreekt men van "richtlijn". |
pre-oligodendroglia cellen | voorlopers van oligodendroglia |
predispositie | verhoogde gevoeligheid voor-, verhoogd risico op een bepaalde ziekte of aandoening, vaak op erfelijke basis, soms verworven, bijvoorbeeld voor infecties bij behandeling met celgroeiremmers (cytostatica). |
prefrontale cortex | schors van de voorpool van de grote hersenen |
prematuur | onrijp, voortijdig |
prenataal | voorafgaand aan de geboorte |
prepareren | voorbereiden, klaar maken; in de zin van uitprepareren: vrijmaken van bijvoorbeeld een tumor, blootleggen van een orgaan |
prevalentie | het aantal mensen met een bepaalde ziekte of aandoening op een bepaald tijdstip in een bepaalde populatie. |
prognose | verwachting over het verloop van een ziekte |
progressief | verergerend, zich uitbreidend |
progressive matrices | Door Raven ontwikkelde test die onder meer beroep doet op onderscheiden en evalueren van logische relaties in figuren. De matrijzen zijn patronen waarvan de moeilijkheid toeneemt en waaruit een stuk is weggelaten dat de onderzochte moet aanvullen door een keuze uit voorgegeven mogelijkheden. De test doet vrijwel geen beroep op spreken en motorisch handelen van de onderzochte. Standard: versie voor onderzochten vanaf 11 jaar |
protoplasma | gelachtige substantie in een cel |
proximaal | Ruimtelijk: in de richting van het begin. |
psychiatrie | Een specialisme in de geneeskunde dat zich bezig houdt met psychische aberraties, de ziekelijke stoornissen van de psyche. |
psychiatrische | Zie psychiatrie |
psychomotoor | De motoriek in relatie tot het psychische functioneren. |
psychose | ziekelijke miskenning van de werkelijkheid, door wanen en/of hallucinaties |
psychotisch | Zie psychose |
PTA | |
PTSS | |
puberteit | periode van geslachtsrijping; de duur bedraagt vanaf het begin van de ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken ongeveer 4 tot 5 jaar en begint ongeveer 1-2 jaar eerder bij meisjes dan jongens |
Purkinjecellen | Opvallend grote peervormige zenuwcellen op een rij liggend in de schors van de kleine hersenen op de overgang van de granulaire (korrel) laag met veel kleine zenuwcellen en de oppervlakkige moleculaire laag, bestaande uit axonen van korrelcellen en schakelneuronen. Zie ENCYCLOPEDIE, Anatomie van de hersenen, de paragraaf over Hersencellen. |
putamen | Letterlijk:schil. Het putamen maakt deel uit van de basale kernen. Zie ENCYCLOPEDIE, Anatomie van de hersenen, de paragraaf over Grijze en Witte stof. |
PVL |